Een medewerker van het COA, die tijdens een bedrijfsuitje naar een attractiepark met bewoners van een AZC meerdere glazen alcohol dronk, is terecht op staande voet ontslagen. Dat bepaalde de Rechtbank Limburg recent in een uitspraak.
Wat speelt er in deze zaak? In de zomer van 2024 gaat een groep van ongeveer 90 bewoners van het azc en een vijftal begeleiders onder wie de betreffende medewerker naar een pretpark. Zij worden met de bus naar het pretpark gebracht en ’s avonds ook weer teruggebracht.
Gedurende deze dag drinkt de medewerker/begeleider meerdere glazen alcohol, die deels betaald worden met consumptiebonnen van het COA. Ook gedraagt hij zich samen met een collega vervelend naar het personeel van het pretpark toe. In de arbeidsovereenkomst van de man met het COA staan duidelijke regels omtrent alcohol, drugs en medicijngebruik. Zo is het verboden om op de werkplek alcohol ter beschikking te hebben, te gebruiken of onder invloed te zijn. Een half jaar na het bezoek aan het pretpark meldt een collega bij de locatiemanager dat de medewerker en een andere collega bij het pretpark bezoek meerdere alcoholische dranken hebben genuttigd en dat zij zwaar onder invloed waren. De locatiemanager gaat vervolgens in gesprek met een andere collega, die ook aanwezig was bij het uitstapje. Deze persoon bevestigt het verhaal van de melder.
Een dag later gaan de locatiemanager en een HR-adviseur in gesprek met de medewerker en krijgt deze te horen dat hij op staande voet wordt ontslagen omdat hij heeft gehandeld in strijd met de COA Gedragscode. De medewerker start een zaak bij de kantonrechter, omdat hij vindt dat het ontslag niet onverwijld is gegeven en dat er geen sprake is van een dringende reden. Hij gaat niet in beroep tegen het ontslag op staande voet, maar vordert wel toekenning van een transitievergoeding, een billijke vergoeding en een vergoeding wegens onregelmatige opzegging. De kantonrechter wijst deze verzoeken af, omdat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is. Volgens de rechter heeft de medewerker niet alleen het alcohol- en middelenbeleid van het COA overtreden. Ook speelt mee dat hij consumptiebonnen verkeerd gebruikte en een slecht voorbeeld heeft gegeven tegenover bewoners. In een opvangsituatie, waar begeleiding en vertrouwen cruciaal zijn, weegt dat extra zwaar. Dat de werkgever pas een half jaar na het incident ingreep, maakt volgens de rechter niet uit. Op het moment dat de melding binnenkwam bij de locatiemanager, is er snel gehandeld. Omdat het ontslag rechtsgeldig is, heeft de werknemer geen recht op transitievergoeding. Ook een billijke vergoeding wijst de rechter af. De ernstige gedragingen liggen volledig aan de kant van de medewerker.
Uit deze uitspraak blijkt maar weer eens dat alcoholgebruik op of tijdens het werk risicovol is. Voor werknemers geldt: ook tijdens een ogenschijnlijk informeel uitje of activiteit met bewoners blijft een medewerker in functie. Overmatig drinken, zeker in het bijzijn van cliënten of bewoners, kan grote gevolgen hebben. Voor werkgevers is dit een bevestiging dat een helder beleid rond alcoholgebruik noodzakelijk is. Belangrijk is wel dat er na een melding zorgvuldig én snel wordt opgetreden.
Meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met RechtNet Advocaten via [email protected] of bel naar 073-6154311.